(Blog van 11-11-2016)

Waar gaat deze wereld naar toe? Dat vraag ik me wel eens af. Overal ter wereld vinden steeds meer mensen razendsnel toegang tot allerlei soorten informatie en communicatie. Denk maar eens terug aan 2001. Om precies te zijn 9 september. Op welke plek bevond u zich toen? Kunt u het zich nog herinneren? Ik weet het namelijk nog precies. Ik zat achter mijn bureau in Vianen en keek af en toe op mijn computerscherm om de mondjesmaat aan berichtgeving via de verschillende web sites te volgen. Het NOS journaal zond zo af en toe 5 minuten uit met nieuws dat via de persagentschappen aan hen was toegekomen. Het had in eerste instantie 11 minuten geduurd voordat dit wereldschokkende nieuws mij had bereikt via de reguliere telefoon. Mijn moeder had het 1 minuut eerder op de radio gehoord en zat televisie te kijken toen ze me opbelde. Vervolgens nam het nog uren in beslag voordat we alle beelden en verslagen konden zien.

En neem dan nu vandaag de dag. Met Twitter, Facebook, Snapchat (etcetera) en een mobiel netwerk, welke nu sneller is dan het draadnetwerk van weleer, gaat ook nietszeggend nieuws met bijna de snelheid van het licht rondom de aarde. Aardverschuivingen, orkanen en aanslagen trillen binnen luttele seconden in onze broekzak of handtas ons geïnformeerde leven binnen. Waar het in 2001 een tiental minuten duurde om ons in Europa te bereiken, zo zou het nog maar enkele seconden duren in 2016, zo lang namelijk als het iemand zou kosten om een bericht in te spreken, te typen of te filmen. De snelheid van informatie is tegenwoordig gewoonweg waanzinnig te noemen. En de hoeveelheid ook. We worden over-informed.


Kijk vervolgens ook eens even naar popconcertbeelden van 10 jaar terug en vergelijk deze met die van nu. Waar vroeger de meeste mensen ter plekke nog van de livemuziek genoten, lijkt het nu alsof iedereen het met zijn mobiele telefoon opneemt om het later thuis te gaan bekijken en beluisteren. De hoeveel data die er tegenwoordig tijdens concerten en evenementen wordt gecreëerd is onmetelijk. En dat gaat bijna allemaal en zonder uitzondering de “Cloud” in.

Want naast de beelden en het geluid, worden ook stiekem andere gegevens de Cloud ingestuurd: wie was waar op welke tijdstip en tijdens welke gebeurtenis, welke (type) mensen waren er bij elkaar te vinden, hoeveel mensen waren er en welke netwerken worden er gebruikt? Wat is er gekocht die dag? Maar ook meer persoonlijke data is er de Cloud ingevlogen. Getrouwd? Verliefd? Welke web site staat er nog open op de mobiele telefoon? Adresgegevens? Eerdere verblijfsplaatsen? Leeftijd? Medische en alergiegegevens? En ga zo maar door. Big Data dus.
 Véél informatie beschikbaar met de snelheid van het licht.

Deze informatierevolutie vindt zijn weerslag in allerlei disciplines. In de mode, bij grootwinkelbedrijven, in steden, industrieën, en op scholen en universiteiten.
Grosso modo komt alle informatie uiteindelijk samen in 1 discipline: Supply Chain Management. Want daar wordt uiteindelijk aangestuurd welke producten, diensten en informatie er op welke tijd en welke plaats moet worden geleverd. 

Ga maar na, bij winkelketen Zara wordt al langer gebruik gemaakt van de informatie die het verkopend personeel elke avond centraal melden. Er wordt melding gemaakt van welk type kleding er wordt gevraagd, welke kleuren, modellen en welke accessoires er kennelijk worden gezocht door de klant. Samen met de gegevens over de verkochte mode (kassagegevens) en de kleurstellingen en ontwerpen die de modewereld ons voorschrijft, is dat de basis voor de supply chain van Zara om de volgende collectie al binnen 15 dagen (!!!) in de rekken te hebben hangen. Dit is inclusief ontwerpen, inkoop, productie en transport!

Als we al binnen microseconden kunnen zien dat iemand zich aan de andere kant van de wereld veilig heeft gemeld (van bijvoorbeeld een orkaan) op Facebook, hoe krachtig moeten we dan wel niet in staat zijn om de wereldwijde goederenstroom continue in kaart te hebben?

De geïnformeerde flex-chain is in principe dus al geboren.

Bedrijf X plaatst een order bij bedrijf Y. De bestelling wordt gelogd en is vanaf dan bekend op het wereldwijde informatie-grid. Artikeldetails worden vervolgens gematched aan productieschema’s van de leverancier(s), die voorspelde gereedmeldingen en factuurdetails ook aan deze grid toevertrouwen. Vrachtvervoerders kunnen hun capaciteit beter inrichten op de verwachtingen die de informatie hen verschaft. Zo is er minder kans dat vracht ergens achter blijft omdat er geen plaats is in de modus van vervoer. Tijdsvoorspellingen van alle sub-stappen in het proces worden betrouwbaarder en inzichtelijker. Grondstoffen en voorraden worden beter benut en kunnen dus inkrimpen. Transportgegevens worden direct zichtbaar en de transit tijden helder en berekenbaar. Douane en overheden die inzicht moeten hebben in het goederenverkeer hebben op voorhand al informatie ter beschikking. Inklaringen worden dan dus (in combinatie met bijvoorbeeld AEO certificatie) sneller afgehandeld en goederen zijn sneller op de plaatst van bestemming. Krimpende product cycli worden hiermee extra goed gediend (extreem korte productcycli hebben veelal last van eindafschrijvingen door een teveel aan goederen in de pijplijn). De hoeveelheid inzicht in deze diverse kettingprocessen zorgt dan ook voor een hogere veiligheid. Het ontbreken van overproductie en het optimaliseren van de vrachtcapaciteit (emissie van CO2) zorgen voor een mindere belasting van het milieu, hetgeen wij als steeds groener denkende mensheid toch zouden moeten omarmen. Allemaal win-win-win, toch?

Waarom zijn we er dan nog niet met dit prachtige proces? De techniek om dit alles te ondersteunen is namelijk al aanwezig. 

Dan komen hier de drie nog ontbrekende sleutelwoorden om de hoek kijken: samenwerkingbeveiliging en vertrouwen.
 Zolang als de wereld zich nog niet achter deze drie simpele concepten schaart, komt deze data-driven optimalisatie niet van de grond. Het vereist dat overheden, vrachtvervoerders, producenten, handelaren en consumenten de handen ineen slaan en elkaar het vertrouwen geven om de gegevens met elkaar te delen. Beveiligd weliswaar. Want niet iedereen mag toegang hebben tot gegevens van anderen. Een DHL bijvoorbeeld zal het niet prettig vinden om met FedEx haar capaciteitsgegevens te delen, en vice-versa geldt dit uiteraard ook. Albert Heijn zal het niet leuk vinden om leveranciersgegevens en inkoopprijzen met concurrent Jumbo te delen. Zara zal het niet toestaan om aan H&M de volgende modetrend door te spelen. En ga zo maar door.

Daar ligt dus nog een conceptuele uitdaging die we moeten overkomen. Naast de beveiliging moet er ook een instantie komen die deze beveiliging beheert. Zou er dan een neutrale overkoepelende organisatie moeten komen? Een echte Big Brother? Wie garandeert de neutraliteit in dat geval? En hoe zouden we met een dergelijke instantie omgaan? Zou dit FIFA toestanden (corruptie) in de hand werken? Allemaal vragen zonder antwoord op dit moment. Big Data is er al, dat weten we, maar nu het gebruik er van.En zoals het nu gedecentraliseerd en sub-optimaal plaatsvindt, kan het straks dan wellicht centraal en duurzaam, veilig en neutraal? 1984 komt via 2001 steeds dichterbij. Maar of dat dit inderdaad veilig en neutraal zal zijn is nog maar de vraag.